Te veel liefde voor de liefde

Het klinkt misschien onschuldig, maar de aandoening is ernstig genoeg. Inmiddels is er ook professionele hulp voor de liefdesverslaafde.

Het is 1994, mijn zusje heef een gele speelgoedmicrofoon voor Sinterklaas gekregen. En dus galmen we de hit van het moment door het hele huis: Can’t liiiiiiiiiiiiiiiiive, if living is without joehoehoe! Wat het precies betekent, weten we niet, maar dat het iets heel moois en groots en mysterieus is, dat voelen we gewoon. Mariahs snik houdt zo’n gloedvolle belofte voor later in, dat we er ’s avonds in bed alvast van dromen.

2013. ‘Liefdesliedjes gáán helemaal niet over de liefde, die gaan over codependency, een psychische aandoening waarbij je jezelf volledig wegcijfert.’ Dick Trubendorffer kan er bijna kwaad om worden. De directeur van CrisisCare Trubendorffer, een ggz-instelling voor verslavingszorg, wil daarom best wat zeggen over populaire films en liedjes. ‘Pijn, verdriet, verlangen; het is allemaal zo ongezond als de pest! Maar onze samenleving is doordrenkt van de behoefe aan liefde, seks en genot, en vooral van de frustratie als we dat niet krijgen. We denken allemaal dat we recht hebben op eeuwigdurend geluk.’

Slechts één complimentje
En die onrealistische verwachtingen, denkt Trubendorffer, zouden weleens kunnen bijdragen aan het ontstaan van een liefdes- of relatieverslaving. Een aandoening waarvoor zijn kliniek vorig jaar ongeveer honderd mannen en vrouwen behandelde en die misschien onschuldig klinkt, maar dat absoluut niet is: liefdesverslaafden willen wel stoppen met een relatie, maar kunnen dat simpelweg niet, waardoor ze vaak jarenlang met een partner zijn die ze fysiek of emotioneel mishandelt. Of het object van liefde nou slaat, al het geld opmaakt aan drugs of in twintig jaar tijd slechts één complimentje maakt: de liefdesverslaafde blijf. Voor eeuwig. En mocht het tegen haar zin (de meeste verslaafden zijn vrouwen) toch uitgaan, dan is stalking geen onrealistische optie.

Trubendorffer: ‘Bij een liefdesverslaving krijgt ‘houden van’ een pathologische dimensie. Je gaat zo ver, dat je de liefde voor jezelf ondergeschikt maakt aan de liefde voor de ander.’ Maar als we zijn opgegroeid met het ideaalbeeld van prachtige, romantische liefde, en er speciale sites, apps en vakanties zijn om eenzame singles zo snel mogelijk de ware te laten ontmoeten, waar ligt dan de grens? Wanneer is onze liefde voor de liefde nog gezond. Helaas, een officiële grens bestaat niet, zegt Trubendorffer. Wat hij wel weet: een gezonde relatie is eentje waarin je bewust hebt gekozen met elkaar te zijn, maar waarin je ook best zonder de ander kunt bestaan.

‘Het was niet zo dat ik mijn ex miste. Ik verdween gewoon zelf. Compleet.’
En dat was precies het probleem van Anna (33), projectmanager bij een grote bank en twintig jaar lang liefdesverslaafd. ‘In december maakte ik het uit, in januari begon ik verschrikkelijk in paniek te raken. Ik was hem kwijt, maar het voelde alsof ik ook mezelf kwijt was. Ik wist simpelweg niet meer wie ik was, en daardoor werd ik depressief. Daarom probeerde ik de hele dag hem terug te krijgen, maar tegelijkertijd was ik constant bezig een nieuwe man te vinden op manieren die ik zelf altijd had afgekeurd. Ik werd makkelijk. Ik zei nooit nee. Soms had ik op het moment zelf al spijt, maar toch kon ik niet stoppen. Er was een gat inmij ontstaan, en dat was ik wanhopig aan het opvullen. De pijn van gewoon liefdesverdriet heb ik nooit ervaren, het was niet dat ik mijn verdwenen ex miste, ik verdween gewoon zélf. Compleet.’

Anna’s relaties verliepen altijd op dezelfde manier. ‘Mijn eerste vriendje in groep 8 was eigenlijk niet zo geïnteresseerd in mij, de man daarna was veel ouder dan ik en heeft me jaren aan het lijntje gehouden, de jongen die volgde, koos altijd weer voor de drugs in plaats van voor mij; steeds weer viel ik voor een man die emotioneel onbereikbaar was. En werd er een keer iemand echt verliefd op mij, dan wilde ik daar niks van weten. Saai vond ik ze! Ik wilde een spannende man, tenminste, dat dacht ik, maar eigenlijk wist ik gewoon niet hoe ik met ze moest omgaan. Wat ik echt wilde, zei ik tegen mezelf, was dat die onbereikbare vriendjes voor mij zouden kiezen, maar als ze dat daadwerkelijk hadden gedaan, had ik het misschien wel uitgemaakt. Dat kon ik helemaal niet aan, ik was zelf net zo emotioneel gesloten als zij.

Neurotische ritssluiting
‘Zo heb ik bijna twintig jaar lang geleefd, en toen kwam ik toevallig Als hij maar gelukkig is tegen. Een zelfhulpboek voor vrouwen die alles in het teken zetten van hém. De herkenning was bevrijdend, maar ook verdrietig, omdat ik toen pas inzag dat al mijn moeilijke relaties helemaal niet op liefde waren gebaseerd. Het was geen romantiek wat we hadden, geen genegenheid of hartstocht, het waren simpelweg twee gewonde mensen die elkaar iets gaven wat de ander nodig had, meer niet.’

Trubendorffer: ‘In een relatie is er nooit één gezond en één ziek. Een relatieverslaving noem ik daarom een neurotische ritssluiting. Twee mensen gaan lekker in elkaar op, ze vinden bij elkaar wat ze nodig hebben, de seks is goed. Maar na verloop van tijd wordt de verhouding steeds problematischer, want beide partners hebben een geestelijke wond, veroorzaakt door hechtingsproblemen in hun jeugd.’

Anna: ‘Toen ik klein was, waren er geen regels, geen opvoeding en geen betrokkenheid. Fysiek waren mijn ouders er wel, maar dat was dan ook alles. Afwijzing was mijn grootste angst, daarom paste ik me altijd aan. Ik werd een soort kameleon en toen ik groter werd, verving ik onbewust mijn emotioneel onbereikbare ouders voor emotioneel onbereikbare vriendjes. Dit keer zou het wel lukken, elke keer wist ik het weer zeker.’

Verwerken van jeugdtrauma’s
Uiteindelijk zal de liefde overwinnen. Hoe vaak Sarah Hofman, therapeut gespecialiseerd in relatieverslaving, dat heeft gehoord. En gedacht, want ook Hofman was ooit zelf relatieverslaafd. ‘Zeven jaar lang heb ik gevochten voor een man die al een ander had. Toen hij eindelijk voor mij koos, kwam ik erachter dat ik niet meer zo verliefd was. Blijkbaar kon ik die intimiteit van een echte relatie gewoon niet aan.’

Manipuleren, vallen voor een getrouwde man, je partner willen redden van verslavingen of verliefd worden op iemand die tot twintig jaar cel is veroordeeld: volgens Hofman gaan relatieverslaafden ver om zich maar niet met hun eigen emoties bezig te houden. Slecht gedrag praten ze goed, een lief moment kan dagenlange kilte doen vergeten en geweld wordt gebagatelliseerd. Als een junkie leeft de verslaafde voortdurend voor die ene high die alle lows doet vergeten, want dat is nou eenmaal het soort liefde waarmee ze is opgegroeid. De therapie voor liefdesverslaafden bestaat dan ook voor een belangrijk gedeelte uit het verwerken van die jeugdtrauma’s. Lukt dat, dan hoef je niet meer te proberen oude wonden te helen met nieuwe liefdes, en is er weer ruimte voor een relatie met iemand die wél emotioneel beschikbaar is.

Een beetje saai is goed
Dat kan best eng zijn. Want het betekent dat je jezelf ook open moet stellen voor de ander, waardoor singles soms zo kritisch worden, dat geen gewone sterveling ooit aan hun onmogelijk hoge eisen kan voldoen. Hofman: ‘Sommige mensen zijn al jaren aan het daten, maar vinden nooit een partner. Hij is niet lang genoeg, niet knap, niet spannend: het ligt altijd aan de ander. Maar de spanning die we zoeken, verwarren we met liefde, en de passie die we willen, betekent niets anders dan pijn. Gek genoeg kun je beter gaan voor iemand die je op het eerste gezicht misschien een beetje saai lijkt. Dat is juist een teken dat het een heel geschikte partner kan zijn.’

Ook Dick Trubendorffer heef het niet zo op hoge eisen en hefige emoties. ‘Tuurlijk, verliefd zijn maakt zelfs een bezoekje aan Albert Heijn leuk, maar het probleem is: het blijf niet. Met iemand die minder spannend is, maar die je niet elk moment dreigt te verlaten, hou je ruimte voor zelfontplooiing, creativiteit en gemoedsrust. Met zo iemand bouw je wat op. En die ruimte heb je niet als je elke dag klaarzit om hem te verleiden.’

Anna is klaar met haar therapie. Binnenkort gaat ze voor de vierde keer samenwonen, maar dit keer wordt het echt anders: voor het eerst deelt ze een huis met iemand die ook verliefd is op haar. ‘Twintig jaar lang heb ik mijn leven aangepast aan mannen. Die Hollywoodromantiek waarvan ik altijd dacht dat het liefde was, wil ik niet meer. Natuurlijk klinkt het mooi om in iemand op te gaan, maar ik ontleende mijn bestaansrecht aan mijn vriend. Als je je dat realiseert, is het romantische er echt af.’

1994. We gaan wat te drinken halen, als mijn moeder een liedje zingt waar mijn zusje en ik om moeten lachen. Haha, hoe niet-romantisch! We rennen weer naar boven, naar de microfoon, terwijl zij beneden verder neuriet: ‘Je bent niet rijk, je bent niet knap, je drinkt geen bier maar tomatensap. Maar jij bent lief en reuze trouw, jij hoort bij mij en ik bij jou.’


Meer lezen?

Jan Drost: Het romantisch misverstand. Over de invloed van (onrealistische) romantische idealen op ons leven. Jan Geurtz: Verslaafd aan liefde. Hoe een negatief zelfbeeld je afhankelijkheid van relaties in stand kanhouden, en hoe dat te doorbreken. Aangeraden door coach sarahhofman.nl

 

Illustratie: Annelie Carlström